Omtrekken op de kaart tekenen en bewerken

U kunt rond willekeurige adressen op de kaart omtrekken tekenen en de aanwezige omtrekken beheren.

  • Klik in de titelbalk op   

  • Selecteer in het snelmenu de optie Omtrekken.

De toepassing wordt in een nieuw tabblad geopend. De subtab Adressen wordt automatisch geopend, met een lijst van alle beschikbare omtrekken.

 

Een omtrek opgeven op het tabblad Adressen

  • Voer in het invoerveld Adres de adresgegevens in.

    Opmerking: In plaats daarvan kunt u ook coördinaten invoeren met het @-teken, bijvoorbeeld @49.01334, 8.4278, of via gericht zoeken naar POI's of adressen in aangemaakte gegevensverzamelingen (zie Routepunten van de route invoeren).

    Tijdens het invoeren wordt een lijst geopend met passende plaatsvoorstellen.

  • Selecteer de gewenste vermelding in de lijst met hits.

  • Klik op Omtrek aanmaken.

    Het venster Omtrek bewerken wordt geopend.

  • Maak de gewenste instellingen.

    Bereik Element en beschrijving

    Basisinstelling

     

    Omtrek zichtbaar

    Als deze optie is aangevinkt, worden de omtrek en de als zichtbaar aangegeven eigenschappen (Beschrijving, Radius, enz.) op de kaart weergegeven.

    Beschrijving 1 en Beschrijving 2

    Voer een beschrijvende tekst in en geef aan of de beschrijving zichtbaar is op de kaart.

    Radius

    Geef de radius van de omtrek op en geef aan of de breedte van de radius zichtbaar is op de kaart.

    Opmerking

    Voer zo nodig een opmerking in.

    Opmerking: De opmerking is niet zichtbaar op de kaart of de afdruk.

    Vlak Geef aan met welke kleur het vlak wordt gevuld en geef de dekkracht op de kaart op.
    Omlijning Geef de lijnkleur en de lijndikte van de omlijning op.
    Beschrijving Geef de tekstkleur op en kies de positie waar het opschrift moet worden weergegeven.

     

Een omtrek opgeven op de kaart

  • Klik met de rechtermuisknop op de gewenste positie op de kaart.

  • Selecteer in het snelmenu de optie Omtrekken genereren.

    Het venster Omtrek bewerken wordt geopend.

  • Maak de gewenste instellingen.

    Bereik Element en beschrijving

    Basisinstelling

     

    Omtrek zichtbaar

    Als deze optie is aangevinkt, worden de omtrek en de als zichtbaar aangegeven eigenschappen (Beschrijving, Radius, enz.) op de kaart weergegeven.

    Beschrijving 1 en Beschrijving 2

    Voer een beschrijvende tekst in en geef aan of de beschrijving zichtbaar is op de kaart.

    Radius

    Geef de radius van de omtrek op en geef aan of de breedte van de radius zichtbaar is op de kaart.

    Opmerking

    Voer zo nodig een opmerking in.

    Opmerking: De opmerking is niet zichtbaar op de kaart of de afdruk.

    Vlak Geef aan met welke kleur het vlak wordt gevuld en geef de dekkracht op de kaart op.
    Omlijning Geef de lijnkleur en de lijndikte van de omlijning op.
    Beschrijving Geef de tekstkleur op en kies de positie waar het opschrift moet worden weergegeven.

     

Omtrekken bewerken, dupliceren of verwijderen

Met het snelmenu of het menu Bewerken kunt u omtrekken bewerken, dupliceren of verwijderen.

Omtrekken (on)zichtbaar maken

U hebt hiervoor de volgende mogelijkheden.

In de toepassing Omtrekken

  • U kunt afzonderlijke omtrekken weergeven of verbergen via de kolom Omtrek zichtbaar in de lijst.

  • U kunt alle omtrekken weergeven of verbergen via de functiebalk.

In andere toepassingen

  • Klik op de functiebalk boven de kaart op   Zichtbaarheid.

  • Selecteer het tabblad Kaartlagen.

  • Deactiveer onder Voorgrond de optie Omtrekken.